Persoon
Welk lidwoord, de persoon of het persoon? In het Nederlands bestaan er twee bepalende (ook wel: bepaalde) lidwoorden: de en het. De wordt gebruikt bij mannelijke en vrouwelijke woorden en bij meervouden, het bij onzijdige woorden in het enkelvoud. Welk bepalend lidwoord hoort bij persoon? De persoon of het persoon? Het antwoord is Het antwoord is: de persoon.